Vragen over netcongestie en de impact op aansluitingen in Vlaanderen
Heeft u vragen over netcongestie en de mogelijke impact op aansluitingen op het plaatselijk vervoersnet (30-70kV) en het distributienet? Wilt u een overzicht waar u terecht kan met al uw vragen?
Waarom is er netcongestie?
De energietransitie is in volle gang. Deze transitie zorgt ervoor dat het verbruik van fossiele brandstoffen vermindert en vervangen wordt door alternatieve toepassingen op elektriciteit. Zo verwarmen particulieren steeds vaker met een warmtepomp en schakelen over naar elektrische wagens. Vooral de industrie stapt voor hun productieprocessen, waar mogelijk, over naar stroom in plaats van gas of olie. Er komen bijvoorbeeld (snel)laadstations op bedrijventerreinen en er is een toename van e-boilers. Daarnaast verhogen recente technologieën zoals datacentra en industriële batterijen de druk op het elektriciteitsnet.
De elektrificatie van onze maatschappij en industrie vertaalt zich in meer aanvragen van bedrijven en projectontwikkelaars voor nieuwe aansluitingen of verzwaringen van bestaande aansluitingen op het elektriciteitsnetwerk. Hoewel de netbeheerders al enkele jaren rekening houden met deze evoluties en er hun investeringsplannen op hebben afgestemd, is het aantal aanvragen op korte tijd zo fors toegenomen dat in sommige regio’s van Vlaanderen lokaal congestie kan optreden.
Wat is (lokale) netcongestie?
Deze netcongestie of netverzadiging, kan u vergelijken met filevorming op het elektriciteitsnet; als alle bedrijven op hetzelfde moment de aan hen toegekende capaciteit effectief gebruiken, kan er lokaal netcongestie optreden. Hierdoor kan niet onmiddellijk elke vraag voor zwaardere elektriciteitsaansluitingen op het distributienet of Vlaamse net van Elia (30-70kV) gerealiseerd worden. Als de netbeheerders niks ondernemen en de maatschappelijke context niet wijzigt, kan het aantal hoogspanningslijnen en transformatorstations waar netcongestie optreedt snel stijgen.
Het is de taak van de netbeheerders om een stabiel en veilig elektriciteitsnet te garanderen. Omdat het versterken van transformatorstations, hoogspannings- én distributienetten tijd vraagt, hebben Elia en Fluvius een gezamenlijk actieplan uitgewerkt voor de industrie zodat bedrijven, in afwachting van een definitieve oplossing, hun verdere economische ontwikkeling kunnen voortzetten. Op deze manier zorgen we voor minder files op het elektriciteitsnet.
Actieplan om netcongestie te vermijden
Het actieplan omvat een reeks technische maatregelen, zowel voor de korte als de lange termijn. Maatregelen op korte termijn zijn nodig om vandaag nog maximaal te voldoen aan de vragen van het bedrijfsleven, het probleem optimaal in kaart te brengen en vooral te focussen op flexibiliteit. Op langere termijn is het nodig om het elektriciteitssysteem volledig aan te passen aan de sterke elektrificatie door te investeren in de fysieke netwerken.
-
Meer Flexibiliteit op het net
-
Investeren in de netwerken voor morgen
-
energieGRIP om de noden sneller te detecteren
-
Nood aan een duidelijk beleidskader
De volgende maatregelen dienen om op korte termijn nog maximaal te voldoen aan de vragen van het bedrijfsleven:
- ‘Fallback flex’ op het distributienet:In afwachting van het flexibel aansluitingscontract (zie lager) kunnen bedrijven die zich in een congestiezone bevinden vanaf dit voorjaar instappen in een lokale flexibiliteitsmarkt. Zo kan bijkomend vermogen in de zone toegelaten worden.
Deze marktflexibiliteitstoepassing werd recent door Fluvius uitgewerkt. De publieke consultatie voor deze toepassing is afgerond. Het is nu aan de Vlaamse Nutsregulator om dit principe al dan niet goed te keuren.
In elk geval biedt ‘fallback flex’ een tijdelijke oplossing voor de huidige bedrijvendossiers die bij Fluvius en Elia op tafel liggen. Het zorgt er mee voor dat Vlaamse bedrijven ook in de komende maanden en jaren voort kunnen elektrificeren. Ook voor het Vlaamse net van Elia (30-70kV) wordt momenteel aan een kortetermijnoplossing gewerkt die het mogelijk maakt dat bedrijven flexibel aansluiten.
- Een flexibel aansluitingscontract op het distributienet en het Vlaamse net van Elia (30-70kV): Het elektriciteitsverbruik bij bedrijven is fel afhankelijk van de concrete bedrijfsprocessen. Een bedrijf heeft niet altijd de volledige capaciteit van zijn aansluiting nodig. Vaak kan er flexibel geschakeld worden tussen elektriciteit (vb. e-boilers) en andere energiebronnen (zoals gas of een warmtekrachtkoppeling).
Met een flexibele aansluiting kan het gewenste verbruik van het bedrijf via modulatie afgestemd worden op de beschikbare capaciteit op dat moment. Hierdoor kunnen meer bedrijven worden toegelaten op het net. Dit principe bestaat al op het Elia-hoogspanningsnet (vanaf 110 kV), maar zou ook mogelijk moeten worden op het Vlaamse distributienet en Vlaamse net van Elia (30-70kV). De Vlaamse overheid werkt aan het regelgevende kader hieromtrent, in lijn met de Europese EMD5-richtlijn over deze materie. Eénmaal beschikbaar, kunnen de netbeheerders de flexibele aansluitingscontracten aanbieden.
- Meer capaciteit op het hoogspanningsnet toelaten:Elia onderzoekt momenteel hoe de transformatorstations tussen het Elia-hoogspanningsnet en Fluvius-distributienet beheerd kunnen worden op een manier dat ze hun huidige limieten tijdelijk en veilig kunnen overschrijden. Hierdoor kunnen ze meer belasting dragen en kunnen we hun potentieel maximaliseren.
- Voorzorgsmaatregelen bij de uitbating van het distributienet: Hierbij wordt de ‘druk’ op het elektriciteitsnet over meer transformatorstations gespreid, door de belasting tussen de transformatorstations te herverdelen. Hierdoor ontstaat op de plaats waar extra vermogen gevraagd wordt opnieuw iets meer ruimte. Dit principe kan wel een impact hebben op de spanningskwaliteit. Hier moet dus voorzichtig en doordacht mee omgegaan worden.
De afgelopen jaren is er veel aandacht gegaan naar de versterking van onze netten en is er versneld geïnvesteerd in de transformatorstations, het hoogspanningsnet en het distributienet. Dit decennium investeren Elia en Fluvius al respectievelijk 4.8 en 11 miljard euro in de hoogspannings- en distributienetten in Vlaanderen. Fluvius stelt begin juni de nieuwste versie van zijn Investeringsplan in de distributienetten voor. Elia doet hetzelfde voor haar regionaal ontwikkelingsplan voor Vlaanderen in de zomer van 2025.
De komende jaren zal deze versnelling zich voortzetten, maar deze kent grenzen op het gebied van betaalbaarheid en haalbaarheid. Dergelijke projecten zijn ingrijpend, zowel qua investeringen als qua timing. Voor grote projecten kost het verkrijgen van de benodigde vergunningen veel tijd.
De schaarste op de markt is ook een vertragende factor. Ook in onze buurlanden is de elektrificatie volop bezig en wordt er veel in het net geïnvesteerd, wat de markt nog meer onder druk zet. Dit heeft invloed op de beschikbaarheid van materialen, wat de kosten en de duur van de investeringen verhoogt.
Naast het technische actieplan moeten de relaties met het bedrijfsleven verder versterkt worden, om sneller zicht te krijgen op hoe de middelgrote en grote Vlaamse bedrijven hun concrete energietransitieplannen zien. De voorspelbaarheid van industriële elektrificatie is een bijkomende uitdaging. Ondanks grote investeringen in het Vlaams elektriciteitsnet kunnen netbeheerders niet exact inschatten welk bedrijf op welk moment, op welke locatie en voor welke toepassing een aanvraag zal indienen.
Vorig jaar liep in de gemeenten Bornem en Puurs-Sint-Amands al een proefproject van Elia, Fluxys, Fluvius en het Vlaamse databedrijf Athumi onder de naam energieGRIP. De betrokken partners breiden het project in 2025 verder uit en zetten een gezamenlijk expertenteam op dat het komende jaar proactief zal overleggen met de grootste Vlaamse bedrijven aangesloten op het distributienet om hun energienoden duidelijk in kaart te brengen.
Wilt u meer weten over dit initiatief?
Naast alle acties die Fluvius en Elia zelf voorzien, is het voor de komende jaren ook belangrijk om scherpere maatschappelijke keuzes rond toegang tot het elektriciteitsnet te maken. Op dit moment zijn de netbeheerders wettelijk verplicht een ‘First come, first served’-principe te hanteren: wie eerst een aanvraag indient die technisch in orde is, krijgt de gevraagde capaciteit op het elektriciteitsnet toegewezen.
Elia en Fluvius zijn in overleg met de Vlaamse overheid om samen na te denken over hoe we hier in Vlaanderen mee moeten omgaan, en zo tot een optimale ruimtelijke inplanting van datacenters, batterijparken en andere zware aansluitingen in het Vlaamse elektriciteitssysteem te komen.
Onderstaand overzicht toont waar u terecht kunt met eventuele vragen
In geval uw aansluiting zich op het laag of middenspanningsnet bevindt in Brussel of Wallonië, gelieve uw lokale distributienetbeheerder te contacteren.
Waar kan u terecht voor een nieuwe aansluiting of een verzwaring?
Ik ben al aangesloten op het elektriciteitsnet
- Wanneer uw aansluiting aangesloten is op het laag- of middenspanningsnet (minder dan 25 MVA), dan neemt u contact op met uw Accountmanager van Fluvius of bekijkt u hunpagina over aansluitingen voor meer informatie.
- Wanneer uw aansluiting aangesloten is op het hoogspanningsnet (meer dan 25 MVA), dan neemt u contact op met uw Key Accountmanager van Elia of bekijkt uonze website voor meer informatie. Hier vindt u eenOverzicht van onze Key Accountmanagers.
Ik ben nog niet aangesloten op het elektriciteitsnet
- Wanneer uw aanvraag voor een aansluiting uitgevoerd wordt op het laag- en middenspanningsnet (minder dan 25 MVA), dan bekijkt u depagina over aansluitingen van Fluvius voor meer informatie.
- Wanneer uw aanvraag voor een aansluiting betrekking heeft op het hoogspanningsnet (meer dan 25 MVA), raadpleeg dande website van Elia voor meer informatie en contacteer ons via dit formulier.
Veelgestelde vragen
-
Wat is netcongestie?
Elk netelement zoals een lijn, kabel of transformator heeft een bepaalde capaciteit. Dit betekent dat zo’n netelement een bepaalde hoeveelheid stroom kan verwerken (uitgedrukt in MVA). Een kabel of lijn is dus begrensd in vermogen.
Wanneer iemand verbinding wil maken met het net, moet die dat aanvragen bij de transmissienetbeheerder (voor grote industriële klanten) of distributienetbeheerder (voor kleinere industriële klanten). Dit kan iemand zijn die stroom produceert en dus injecteert in het net, iemand die stroom nodig heeft en dus afneemt van het net, of beide (bijvoorbeeld opslag).
Het is de taak van de netbeheerder om te berekenen of er voldoende capaciteit is op het net om alle stroom ook effectief op elk moment en door elk netelement te laten stromen.
Wanneer dit niet op elk moment gegarandeerd kan worden, spreken we van netcongestie op een lijn, kabel of transformatorstation. Netcongestie treedt dus op wanneer er meer stroom door een netelement dreigt te vloeien dan de technisch beschikbare capaciteit op dat netelement. Het kan het dus vergeleken worden met filevorming van wagens op een snelweg. Netcongestie is een lokaal fenomeen dat zich op bepaalde momenten kan voordoen.
Netcongestie heeft niets te maken met bevoorradingszekerheid en de vraag of er voldoende elektriciteit beschikbaar is om op elk moment de vraag naar elektriciteit af te dekken.
Netcongestie treedt lokaal en kortstondig op.
-
Waar doet de netcongestie zich voor in Vlaanderen?
De problematiek doet zich op dit moment voornamelijk voor op koppelpunten, maar ook op zogenaamde bovenliggende lijnen. De koppelpunten zijn transformatoren die de link leggen tussen het hoogspanningsnet (Elia) en het middenspanningsnet (Fluvius).
Op dit moment zien we in Vlaanderen in 16 van de 235 koppelpunten dat de capaciteit op die transformatoren tegen zijn limieten botst wanneer een nieuwe aanvraag permanent toegevoegd wordt aan de piekbelasting die op dat ogenblik geobserveerd wordt op de transformatorpost. De blauwe bolletjes op de kaart onderaan tonen de 16 koppelpunten.
Daarnaast zijn er ook een aantal bovenliggende lijnen bijna verzadigd. Doordat deze lijnen meerdere koppelpunten voeden, hebben ze een invloed op een ruimer gebied. Op deze specifieke plaatsen kunnen bijkomende bedrijfsaansluitingen op de ‘klassieke’ manier niet langer worden toegelaten. Het actieplan biedt voor deze aanvragen oplossingen.
-
Ondervindt een klant een groot nadeel van zo'n flexibele aansluiting?
Bedrijven die vandaag elektrificeren, zetten die stap niet in één keer en maken binnen hun bedrijfsprocessen ook gebruik van andere energiedragers zoals gas.
De overstap naar meer elektriciteit gebeurt dus in geleidelijke stappen en gebeurt zonder impact op de bedrijfscontinuïteit. Met het fallback flex-product worden die eerste stappen nu ook mogelijk in werkgebieden waar er lokaal netcongestie kan optreden. Fallback flex zorgt ervoor dat bedrijven hun elektrificatie kunnen voortzetten.
Het bedrijf maakt hier een vrijwillige keuze om sneller te kunnen verbinden met het elektriciteitsnet in plaats van te moeten wachten op de realisatie van netversterkingen. Er is met andere woorden geen nadeel.
-
Op basis van welke gegevens wordt vandaag een beslissing genomen in het proces voor aansluitingsaanvragen?
Bij de evaluatie van een aansluitingsaanvraag op het distributienet wordt er door Elia gekeken naar de historische belasting op het net, een inschatting van de stijging van residentieel verbruik (bijvoorbeeld EVs en warmtepompen) en de reeds goedgekeurde aansluitingsaanvragen die een invloed kunnen hebben op de betrokken netelementen. De som van deze gegevens wordt dan vergeleken met de capaciteit die beschikbaar is op het transformatorstation en de bovenliggende lijnen.
-
Waarom is er alleen impact voor bedrijven en niet voor gezinnen? We hangen toch allemaal af van hetzelfde elektriciteitsnet?
Bij het beheren van het elektriciteitsnet voorzien de netbeheerders altijd een zekere capaciteit voor het onderliggende niveau. Dus ook voor het laagspanningsnet waar de gezinnen op aangesloten zijn. Er is dus geen impact voor gezinnen.